Zeg vooral dat het niet mag, dan kopen we een extra vlag *column*

‘Dit is mijn knuffelkoe,’ zegt Boer Koos als ik met hem in zijn weiland in Kockengen sta. Liefkozend aait hij haar grote zwarte flapoor terwijl zij haar kop onder zijn arm duwt. ‘Deze koe gebruik ik altijd als het lastig wordt’. Al sinds haar geboorte op de boerderij van Koos huppelt ze als een verliefde puppy achter hem aan. Dat is lekker makkelijk met verkampen. Zij volgt Koos op de voet en de rest van de kudde, ook het puberende jongvee, sjokt als makke schaapjes in haar spoor van het ene naar het andere weiland.

Gelukkig heeft Mark Rutte niet de boerenslimheid van Koos. De ooit zo briljante politicus die denkt dat het Torentje de long stay afdeling is waar je nooit hoeft uit te checken, heeft met zijn stikstofbeleid een kapitale strategische blunder begaan. Hij dacht weg te komen met het doorduwen van maatregelen gebouwd op wetenschappelijk drijfzand, nog voordat er fatsoenlijke wetgeving is. Alles om Kaag tevreden te houden zodat hij zijn record kan halen en het Torentje kan blijven bezetten tot ver voorbij zijn houdbaarheid.

Ruggengraat op het platteland

Maar hij rekende buiten de boeren. Er zit gelukkig nog een beetje ruggengraat in de bewoners van ons rubberentegelparadijs, en dat zit op het platteland. Boeren veren een heel eind met de overheid mee, gezagsgetrouw als ze vaak zijn. Drainage tegen CO2-uitstoot in het weiland, stikstofzuigers in de stal, luchtwassers op het dak, een Oekraïense vluchteling in het gastenverblijf, allemaal tot je dienst. Een ‘woestaantrekkelijk’ uitkoop aanbod als er toch geen opvolging is of een regelarm bestaan in een ver buitenland lonkt, ook nog bespreekbaar. Maar kom bij de boeren niet aan met een gedwongen onteigening en een beroepsverbod. Dan verandert het lammetje dat zo mak leek in een dolle stier. Probeer die nog maar eens in de veewagen te krijgen.

Rutte heeft zichzelf klem gezet door bij de boeren te beginnen met het uitvoeren van zijn duistere beleid en daar kunnen we hem alleen maar heel erg dankbaar voor zijn. De onteigening van Nederland, die al jaren sluipenderwijs aan de gang is wordt nu geblokkeerd door een forse trekker van een onverzettelijke boer. Een veilige vestingwal waarachter de burgers kunnen schuilen, voorzichtig om zich heen kijken en de moed vinden om een verzetsvlag te hijsen. Op zijn kop, niet met rood maar met blauw in de top. En zeg vooral dat het niet mag, dan kopen we een extra vlag. Je kunt mensen maar een beperkte tijd voor de gek houden en iedereen die de stad wel eens verlaat ziet dat het sprookje van de kapotte natuur in Nederland niet klopt.

Maar vooral voelen alle plattelanders aan dat dit niet alleen de strijd van de boeren is. Zij zitten slechts een wagonnetje voor ons in de trein naar de afgrond. De onteigening stopt daar niet. Elk weiland dat wegvalt voor voedselproductie komt in handen van de energietransitiebende, Hugo de Jonge, het CAO of de Groene Maffia die er een verbodsbod op spijkert. Verboden voor mensen, verboden voor honden, verboden voor alles wat je lief is. Zoals mijn vriend de dichter Jan Bennink het beschrijft: Je hondje op de driezitsbank, je kind, Flappie konijn. Ze stoten allemaal stikstof uit, ze mogen niet meer zijn.

Nederland onteigent als wij niet voorkomen dat het onteigend wordt.

Scroll naar boven